NASA-wetenschappers hebben de aanwezigheid bevestigd van suikers die cruciaal zijn voor het leven, waaronder ribose en glucose, in monsters die zijn verzameld van asteroïde Bennu door de OSIRIS-REx-missie. Deze ontdekking, die dinsdag werd aangekondigd, levert overtuigend bewijs dat de fundamentele chemische bouwstenen voor leven wijdverspreid waren in het vroege zonnestelsel, wat erop wijst dat er mogelijk omstandigheden bestaan ​​die gunstig zijn voor leven buiten de aarde.

Ongerepte buitenaardse chemie

De Bennu-monsters, in de ruimte verzegeld om besmetting te voorkomen, bieden een ongekende kijk op ongewijzigd buitenaards materiaal. Analyse van ongeveer 600 milligram asteroïdemateriaal in poedervorm onthulde niet alleen ribose – een sleutelcomponent van RNA – maar ook glucose, de primaire energiebron voor het leven zoals wij dat kennen. Dit is de eerste keer dat glucose wordt gedetecteerd in een buitenaards monster.

De aanwezigheid van ribose is bijzonder significant en versterkt de ‘RNA-wereld’-hypothese, die stelt dat RNA in het vroege leven aan DNA voorafging als het primaire genetische materiaal. Het ontbreken van 2-deoxyribose, een suiker die in DNA wordt gebruikt, ondersteunt deze theorie verder. Aangenomen wordt dat de suikers meer dan 4,5 miljard jaar geleden zijn gevormd in de moederplaneet van Bennu, toen zout water reageerde met organische moleculen.

Onverwachte organische verbindingen

Naast suikers hebben onderzoekers ook een ongebruikelijke, polymeerachtige substantie ontdekt die ‘ruimtegom’ wordt genoemd. Dit voorheen onbekende materiaal bestaat uit verwarde moleculaire ketens die rijk zijn aan stikstof en zuurstof, en wordt beschouwd als een vroege chemische voorloper van het leven. Het materiaal was zacht en flexibel toen het werd gevormd, maar is sindsdien uitgehard.

Stellar Dust onthult de oorsprong van Bennu

Verdere analyse onthulde dat Bennu zes keer meer stof van oude exploderende sterren bevat dan enig ander bekend ruimtemateriaal. Dit suggereert dat het moederlichaam van de asteroïde is gevormd in een gebied van het vroege zonnestelsel dat verrijkt is met stellair puin, wat inzicht geeft in de omstandigheden die aanwezig waren tijdens de vorming van planeten en het leven.

“Op deze primitieve asteroïde die zich in de begindagen van het zonnestelsel heeft gevormd, kijken we naar gebeurtenissen aan het begin van het begin”, zegt Scott Sandford, astrofysicus bij het Ames Research Center.

Deze bevindingen versterken de mogelijkheid dat vergelijkbare chemische ingrediënten aanwezig waren op andere hemellichamen, zoals Mars en Europa, waardoor het vooruitzicht op leven buiten de aarde groter wordt. Wetenschappers analyseren nu monsters van asteroïde Ryugu, verzameld door de Japanse Hayabusa2-missie, om te bepalen of daar vergelijkbare verbindingen voorkomen. De ontdekkingen van Bennu bieden een essentieel nieuw inzicht in het vroege zonnestelsel en de mogelijkheden voor de oorsprong van leven in het universum.